Valentijnsdag vindt zijn oorsprong in zowel christelijke als Romeinse tradities. Er zijn meerdere legendes over de oorsprong, maar de meest bekende is die van Sint-Valentijn, een priester uit Rome in de 3e eeuw na Christus.
De legende van Sint-Valentijn
Tijdens de regering van keizer Claudius II verbood hij jonge mannen om te trouwen, omdat hij geloofde dat ongehuwde soldaten beter vochten. Priester Valentijn vond dit onrechtvaardig en trouwde stiekem jonge geliefden. Toen de keizer hierachter kwam, liet hij Valentijn gevangennemen en op 14 februari 269 executeren. Volgens sommige verhalen zou Valentijn voor zijn dood nog een brief hebben gestuurd naar de dochter van zijn cipier, ondertekend met “Van jouw Valentijn”, wat de oorsprong zou zijn van de moderne liefdesboodschappen.
Paganistische oorsprong: Lupercalia
Voor de christelijke traditie werd rond dezelfde tijd in februari het Lupercalia-festival gevierd in het oude Rome. Dit vruchtbaarheidsfestival was gewijd aan de god Lupercus en omvatte rituelen om vruchtbaarheid en liefde te bevorderen. Later, toen het christendom de Romeinse wereld beïnvloedde, werd het heidense feest vervangen door een feestdag ter ere van Sint-Valentijn.
De moderne Valentijnsdag
De romantische associatie met Valentijnsdag begon echt in de Middeleeuwen, mede dankzij schrijvers als Geoffrey Chaucer, die in zijn gedicht Parlement of Foules (1382) schreef over vogels die op 14 februari hun partner kiezen. Vanaf de 18e en 19e eeuw werd het populair om liefdesbrieven en kaarten te versturen, en uiteindelijk groeide het uit tot de commerciële feestdag die we vandaag kennen.
Dus, Valentijnsdag heeft een mix van religieuze, historische en romantische invloeden die door de eeuwen heen zijn geëvolueerd!